De leeskast, plank 3

De uitgave is gestart met de volgende basiswerkjes. Vele andere zullen volgen. Uw suggesties zijn zeer welkom in het gastenboek.

Prijsinformatie
E
en zeer uitgebreide bestellijst met alle prijzen van alle werkjes van plank 1, 2, 3, 4 en 5 kunt u hier downloaden.


Op plank 3 wordt met delen van zinnen en met volledige zinnen gewerkt.

De werkjes met delen van zinnen zijn:
Arendje Opdrachten met het bijwoord en het werkwoord.

Woordkaartjes op klein formaat (8 x 3,5 cm) als: rustig schenken, voorzichtig opstaan. Elke woordsoort staat op een eigen kaartje, iedere combinatie is mogelijk.

Arendje Etiketteren met het lidwoord, het bijvoeglijk en het zelfstandig naamwoord.

Woordkaartjes op klein formaat (8 x 3,5 cm) worden gelezen en bij voorwerpen neergelegd. Elke woordsoort staat op een eigen kaartje. De keuze van de woordjes is gebaseerd op voorwerpen die altijd in school aanwezig zijn: de rode jas, het blauwe papier.
Er zijn drie werkjes: etiketteren met kleuren, met contrasten (de korte ketting, de lange ketting) en met stoffen (de glazen ruit, de leren schoen).

Arendje Etiketteren met het telwoord en zelfstandig naamwoord.

Woordkaartjes op klein formaat (8 x 3,5 cm). Elke woordsoort staat op een eigen kaartje. Er zijn twee werkjes: met bepaalde hoofdtelwoorden (één doosje) en met bepaalde rangtelwoorden (eerste kraal).

Arendje Etiketteren met twee zelfstandige naamwoorden en het voorzetsel.

Woordkaartjes op klein formaat (8 x 3,5 cm). Het lidwoord staat samen met het zelfstandig naamwoord op één kaartje, het voorzetsel staat zelfstandig op een kaartje. Voorbeeld: het deksel op de beker, de spons in de emmer.

Arendje Etiketteren met het lidwoord, het bijvoeglijk naamwoord, het zelfstandig naamwoord en het voegwoord.

Woordkaartjes op klein formaat (9 x 3,5 cm). Het lidwoord, bijvoeglijk en zelfstandig naamwoord staan op één kaartje, het voegwoord staat zelfstandig op een kaartje. Voorbeeld: de schone lijmpot en de vieze lijmpot; het lege glas of het volle glas.


Het lezen van zinnen.

Vanaf dit niveau wordt er consequent gebruik gemaakt van de hoofdletter en de punt (inclusief uitroepteken en vraagteken). De hoofdletter en het begrip ‘zin’ moeten aangeboden zijn.

De kinderen kunnen gebruik maken van:

Arendje Hoofdletterkaart.

Kaart op formaat A5, alle letters normaal en als hoofdletter.
Deze is te kopiëren voor ieder kind. (Zie fragment)

Hoofdletterkaart

De werkjes met volledige zinnen zijn:
Arendje Delen van zinnen samenvoegen tot een goede zin.

Er zijn zes werkjes:

  • onderwerp en gezegde; iedere combinatie is altijd goed.

    • Bijvoorbeeld: Mijn buurman - schildert. De winkelier - moppert.
       

  • onderwerp, gezegde en lijdend voorwerp of bijwoordelijke bepaling; iedere combinatie is altijd goed.

    • Bijvoorbeeld: Oma - wandelt - in de tuin. Mijn zusje - rent - op het strand.
       

  • onderwerp, gezegde en lijdend voorwerp of bijwoordelijke bepaling; de juiste combinatie bij elkaar zoeken, onderwerp beroepen,dieren en sprookjes . Bijvoorbeeld:

    • De verpleger - verzorgt - de zieken.

    • De koe - loeit - in het weiland.

    • Doornroosje - slaapt - al honderd jaar. 
       

  • onderwerp en gezegde is gegeven, zelf afmaken met letterdoos, letterstempels of zelf schrijven. Bijvoorbeeld:

 

Arendje Illustraties zoeken bij zinnen.

Er zijn tien werkjes met acht illustraties en acht zinnen. Er is een opklimming in moeilijkheidsgraad: van drie of vier woorden tot negen woorden of meer.

Voorbeeld illustraties zoeken.

Voorbeeld illustraties zoeken.

Arendje Opdracht-zinnen.

Een serie van tien werkjes met elk acht zinnen welke te vergelijken zijn met de bekende lees-zinnen, echter nu in de schrijfletter. De zinnen zijn door het kind (of meerdere kinderen) uit te voeren of uit te beelden. De volgende series zijn verkrijgbaar:

  • enkelvoudige zinnen, 2 series. Voorbeeldzin: Papa kijkt even op uit zijn krant.

  • twee nevenschikkend verbonden zinnen, 2 series. Voorbeeldzin: Ze nam afscheid van oma en wandelde terug naar huis.

  • meer dan twee nevenschikkend verbonden zinnen, 2 series. Voorbeeldzin: Hij liep naar de zee, vulde zijn emmertje en droeg het voorzichtig naar een diepe kuil.

  • twee onderschikkend verbonden zinnen, 2 series. Voorbeeldzin: Voordat je je jas pakt, moet je eerst je stoel aanschuiven.

  • samengestelde zinnen met uitvoerige beschrijvingen, 2 series. Voorbeeldzin: De reus liep voorzichtig door de straatjes van de stad, bukte bij de bakkerij en terwijl hij alle broden in zijn zak stopte, blies hij de aanstormende agenten omver.


Boekjes

Er zijn twee unieke series boekjes die onderdeel zijn van De leeskast.
Meer informatie vindt u hier.


Een complete bestellijst voor plank 1, 2, 3, 4 en 5 kunt u hier downloaden.

Jos Werkhoven zal het zeer op prijs stellen als u uw reacties over hetgeen u gelezen heeft, in het gastenboek plaatst.

INDEX